1) aromatisch of niet-aromatisch en uitleg geven 2) nucleosiden, nucleotiden, nucleïnezuur uitleggen + tekenen 3) D- en L-shizzle van een suiker tekenen, en een Haworth-projectie van een suiker geven. 4) ge krijgt een beginproduct en een eindproduct, en ge krijgt 3 mogelijkheden me allemaal stapkes (die verschille vooral in de volgorde van de stappen). Ge moet zegge welk da het beste is om da eindproduct te bekome en uitlegge waarom. 5) Ge krijgt de naam van een molecule, me daaronder 5 brutoformules. Welk van die 5 kan NIET rechtstreeks (als in: zonder tussenstappen) gemaakt worden uit da eerste molecule.