1) De evolutie van het aantal giraffen in een nationaal park kan beschreven worden aan de hand van de volgende differentiaalvergelijking:
dN/dt = r N(t) (1- N(t)/K) met N(t) het aantal giraffen op tijdstip t en r 0,5 /jaar en K=500
a) Bespreek de eigenschappen van de DV (homogeen?, lineair?, orde?, graad?)
b) Op tijdstip t=0 lopen er 250 giraffen rond in het park. Bereken het aantal giraffen na 2 jaar.
2) Ine gooit een steen met massa m= 500g verticaal vanaf het dak van de VRT toren (h= 100m) met vo = 15m/s, 2 seconden later laat ze van dezelfde hoogte een andere steen vallen uit rust met m= 300g.
a) Geef de bewegingsvergelijking van beide stenen
b) Wanneer passeren de stenen elkaar?
c) Op welke diepte passeren ze elkaar?
d) Welke steen landt eerst op de grond en geef het tijdsverschil tussen de twee stenen